KLEINE HOOGSTRAAT
Er zat wel eens bloed tegen de buitenmuur
Op de kleine parkeerplaats staken twee jongens in 1992
Het dak van de eend aan flarden
Eigen schuld dacht ik
Naast ons brak twee keer brand uit
En iets verderop richtte Henk rare etalages in
Tegenover ons neukten ze bij de Carmina Burana
Veel kwaad kon dat niet
We maakten ook wel eens lawaai, maar bloed, dat niet.
Heel hard Living Doll zingen om vier uur 's nachts
Het bier en de whisky is op jongens
Nou dan gaan we weer
Sociopaten waren er niet erg veel bij ons in de straat
Misschien iets verderop richting Grote Kerkstraat
Daar had je het Friese Schrijvershuis
Daar schreeuwden ze de hele dag
En vaak voetstappen 's nachts en liederlijk geschreeuw
Godverdomme, hier kun je niet gaan staan kotsen
Wat nou, boerenlul, waarom dan niet
Wij wisten het ook niet
En dan die vogels 's ochtends om een uur of zes
Allemaal tegelijk aan het kwetteren en kraaien
Hou je bek stelletje rukkers
We kunnen niet slapen
Van de Ier naar huis was een meter of vijftien
Dat brachten we meestal nog op al was het zwaar
Toch even onderweg pissen hier kan het wel
Veel maakte het niet uit
Kees 't Hart, uit: Ik weet nu alles weer, 2008